Een goed voorbeeld van wat in een beleidskader staat is de richtlijn dat een fietsstraat een bepaalde breedte moet hebben: rijden er fietsers in twee richtingen, dan moet die 5,80 meter breed zijn. Rijden auto’s en fietsers in dezelfde richting, dan mag de straat 1,10 meter smaller zijn.
Voetgangersbeleidskader
Ook voor voetgangers is nu zo’n beleidskader voorgesteld. Hoognodig in een stad waar − vooral in het vooroorlogse deel − voetgangers er qua loopruimte bekaaid vanaf komen. Volgens dat kader moeten stoepen voortaan tenminste 2 meter doorloopruimte hebben. Een goed principe, al geldt het vooralsnog niet voor de vooroorlogse stad. Maar helpt het ook?
Vrome wens
Aan de richtlijn dat een fietsstraat minstens 4,70 meter breed moet zijn, wordt in de vooroorlogse stad maar al te vaak niet voldaan. Niet op de Binnenring, maar bijvoorbeeld ook voor de Plantage Middenweg wordt een fietsstraat voorgesteld die die breedte niet haalt en op bepaalde plekken zelfs anderhalve meter te smal is. Domweg omdat er niet genoeg ruimte is of wordt vrijgemaakt. We zijn bang dat de voetgangersrichtlijn in de bestaande stad ook zo’n vrome wens zal blijven.
Averechts effect
Bovendien zijn we bang dat het verkeerd kan uitpakken. Daarom vonden we het nodig er bij de commissiebehandeling van het voorstel op te wijzen dat de verbreding van voetgangersruimte niet ten koste mag gaan van de ruimte die fietsers nodig hebben. Niet alleen dreigt dat te gebeuren (bijv. op de Plantage Middenlaan), in feite is dat in de binnenstad al gebeurd in de Spuistraat en de Nieuwe Spiegelstraat, en staat dat te gebeuren op de Geldersekade: fietspaden opgeheven voor voetgangersruimte. Nota bene allemaal routes die voor fietsers van vitaal belang zijn. Sterker nog: routes die steeds meer fietsers aan moeten kunnen, worden feitelijk afgeknepen.
Herverdelen ruimte
Daarnaast hebben we er ook nogmaals voor gepleit stoepruimte te winnen door de ruimte voor (geparkeerde) auto’s te verminderen en door de wildgroei van horeca- en winkelmeubilair op bestaande stoepen actiever te voorkomen en te bestrijden.
We begrijpen dat die laatste maatregelen op weerstand stuiten en de gemeente geld kosten, maar volgens ons wegen die kosten niet op tegen de maatschappelijke winst van een werkelijk autoluwe stad en een niet door de commercie gekoloniseerde openbare ruimte.
Onze inspraakreactie is hier terug te zien/beluisteren (vanaf minuut 45:06)
En lees hier hoe een gemeenteambtenaar tegen deze problemen aankijkt en hier wat Cliëntenbelang ervan vindt.